Onderzoek naar steunharten bij kinderen

dinsdag 6 augustus 2024

Hartedroom sponsort de publicatie van het proefschrift van Sofie Rohde over steunharten bij kinderen. In november verdedigt ze haar onderzoek.

Samenvatting

Mijn naam is Sofie Rohde en ik ben arts-onderzoeker in het Erasmus MC. De afgelopen jaren heb ik onderzoek gedaan naar steunharten bij kinderen (in het Engels “ventricular assist devices” (VAD)). Als kinderen heel ernstig hartfalen hebben, bijvoorbeeld door een cardiomyopathie, kan het zo zijn, dat de enige overgebleven behandelopties een harttransplantatie of een steunhart zijn. Een steunhart is een apparaat dat middels een hartoperatie geplaatst moet worden en de pompfunctie van het hart voor enige maanden tot soms enkele jaren kan overnemen. Vaak wordt dit toegepast om de tijd te overbruggen tot er een donorhart beschikbaar komt. Steunharttherapie wordt in Nederland alleen in het Erasmus MC in Rotterdam gedaan.

Behandeling met een steunhart is relatief nieuw en – zeker in kinderen – nog verre van ideaal. Het heeft veel risico’s en kinderen moeten in principe in het ziekenhuis blijven tot het transplantatiehart beschikbaar komt. Ook wordt het maar heel weinig toegepast, voornamelijk omdat zulk ernstig hartfalen in kinderen heel zeldzaam is. Met ons onderzoek hebben we data van kinderen met steunharten vanuit heel Europa geanalyseerd om de bestaande kennis op dit gebied uit te breiden.

Hieronder volgt een korte samenvatting van de hoofdstukken uit mijn proefschrift.

Hoofdstuk I bevat een introductie. Hier worden incidentie, definitie en etiologie van hartfalen in kinderen uitgelegd. Daarnaast wordt er een korte samenvatting gegeven van harttransplantatie en de verschillende types VAD support.

Hoofdstuk II beschrijft de Nederlandse ervaring met steunharten/VADs in kinderen en het effect daarvan op de wachtlijst voor harttransplantatie. In Nederland werd de Berlin Heart EXCOR (BHE), de meest gebruikte VAD voor (kleinere) kinderen, in 2006 geïntroduceerd in het Erasmus Medisch Centrum (EMC) in Rotterdam. Tot en met juli 2018, hebben er in Nederland in totaal 87 kinderen op de wachtlist voor een harttransplantatie gestaan. 28 van hen werden ondersteund door een VAD. Nadat er een VAD voor kinderen in Nederland beschikbaar kwam, was de mortaliteit van de kinderen die een harttransplantatie afwachtte 22%. Voordat een VAD voor kinderen beschikbaar kwam, was dat 47% (p=0.06). Van de kinderen die werden ondersteund met een VAD overleed 39% en kreeg 50% een beroerte. Ondanks dat het lijkt alsof de introductie van een kinder VAD een positief effect heeft gehad op kinderen die wachten op een donorhart, kent deze therapie ook een hoge mortaliteit en morbiditeit.

Hoofdstuk III bevat het vierde tweejaarlijkse rapport van de Paediatric European Registry for Patients with Mechanical Circulatory Support (Paedi-EUROMACS) database. Tot aan augustus 2023 zijn er 590 primaire VAD implantaties in kinderen geïncludeerd in deze database. 16.6% daarvan hadden een aangeboren hartafwijking (CHD groep), 81.2% hadden een diagnose anders dan een CHD. De kinderen in de CHD groep waren significant jonger, werden vaker gesteund door een pulsatiel steunhart en hadden vaker een Interagency Registry for Mechanically Assisted Circulatory Support (INTERMACS) classificatie van I of II. In de CHD groep konden 52.7% van de patiënten binnen 2 jaar getransplanteerd worden en toonde 14.0% herstel van de hartfunctie, waardoor het VAD geëxplanteerd kon worden. Helaas overleed 30.8%. In de non-CHD groep kon 60.8% getransplanteerd worden en 9.7% herstelde binnen 2 jaar. 20.4% overleed. Een beroerte en falen van meerdere organen waren de meest frequente doodsoorzaken.

Hoofdstuk IV bevat een systematisch review dat alle beschikbare literatuur over kinderen met een BHE samenvat. Hieruit blijkt dat de percentages voor mortaliteit, transplantatie, en explantantie van dit VAD ruim variëren tussen de verschillende onderzoeken die gedaan zijn (6.3-38.9%, 37.0-72.5% en 0.0-20.7% respectievelijk). Daarnaast wordt in dit hoofdstuk een overzicht gegeven van artikelen die uitkomsten in kleine kinderen apart rapporteerde van grotere kinderen en een overzicht van artikelen die uitkomsten in kinderen waarbij beide hartkamer werden ondersteund (BiVAD) vergeleken met kinderen waarbij enkel de linker hartkamer werd ondersteund (LVAD).

Hoofdstuk V is een studie naar alle kinderen met restrictieve cardiomyopathie (RCM) met VAD therapie uit de EUROMACS database. Dit betrof 44 kinderen. In vergelijking met kinderen met een gedilateerde cardiomyopathie (DCM), hadden de kinderen met RCM hogere (dus betere) INTERMACS classificaties (p=0.002) en vaker een VAD van beide hartkamers (p<0.001). RCM kinderen lieten een hoge mortaliteit zien (35.8% na één jaar) en veel complicaties (bv. support nodig van beide hartkamers in 59.1%, beroerte in 31.8% en een grote bloeding in 25.0%). Echter, waren er ook kinderen waarbij de drukken in het longvaatbed daalde, waardoor zij nu wel getransplanteerd konden worden.

Hoofdstuk VI onderzoekt een van de meest voorkomende complicaties van een steunhart: een CVA. 20.0% van alle kinderen die met een BHE worden ondersteund in de EUROMACS database kreeg een CVA. 70.9% van de in totaal 55 episodes vond plaats in de eerste 90 dagen na steunhart plaatsing. Pomp trombose en bijplaatsing van een VAD voor de rechter hartkamer (RVAD) bleken geassocieerde factoren.

In Hoofdstuk VII werd het effect van leeftijd en lichaamsoppervlakte op uitkomsten in kinderen met een Berlin Heart bestudeerd. Mortaliteit bleek niet geassocieerd te zijn met leeftijd of lichaamsoppervlakte (BSA). Leeftijd en etiologie bleken daarentegen wel geassocieerd te zijn met transplantatie. In de groep met kinderen met een BSA> 0.73m2vonden de meeste transplantaties plaats. Het aantal kinderen waarbij de VAD geëxplanteerd kon worden, omdat de hartspier was hersteld, was opvallend hoog in de categorie met de laagste BSA. Een Berlin Heart is daarom ook voor de kleinste en jongste patiënten een te overwegen therapie optie.

Hoofdstuk VIII vat de huidige literatuur over de incidentie en klinisch beloop nadien van kinderen waarbij het VAD geëxplanteerd kon worden. Zeven-en-dertig artikelen werden hierbij geïncludeerd, waarbij een totale incidentie werd gezien van 8.7%. Twee-en-twintig artikelen rapporteerden ook over het klinische beloop in deze patiënten nadat het VAD geëxplanteerd was. In totaal betrof dit 83 patiënten. De etiologie varieerde en ook bij kinderen met een andere etiologie dan myocarditis kwam herstel voor. De meeste patiënten in deze studies (84.3%) werden gesteund door de BHE en in 66.3% moest alleen de linker ventrikel ondersteund worden. Vele studies hadden de patiënten langdurig vervolgd, in één patiënt zelfs 19.1 jaar.

In Hoofdstuk IX worden alle kinderen met een LVAD die waren hersteld uit de EUROMACS database geïncludeerd. De incidentie betrof 11.7% . Analyse toonde dat BSA en myocarditis als primaire diagnose geassocieerd waren met herstel. Van 88.5% kon het klinische beloop na LVAD explantatie worden achterhaald. 71.7% had nog altijd een behouden hartfunctie en 11.4% moest helaas alsnog een harttransplantatie ondergaan, 15.2% was overleden.

In Hoofdstuk X worden de onderwerpen die zijn bestudeerd in deze thesis bediscussieerd. De verschillende soorten VAD en ethologiën worden uiteengezet. Ook wordt er naar de meest voorkomende uitkomsten gekeken (overlijden, transplantatie, herstel en complicaties). Tot slot worden de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van VAD therapie in kinderen besproken.

Hopelijk dragen onze onderzoeken bij aan het verder verbeteren en optimaliseren van steunharttherapie in kinderen!  

 

 

Nieuws

Nieuws

Update onderzoek Double Dose

donderdag 14 december 2023

Het Double Dose consortium onderzoekt of het hart van kinderen met een erfelijke hartziekte meer energie verbruikt, en of veranderingen zijn in belangrijke leveranciers van energie in het hart, de mitochondriën om voldoende energie te maken.

Lees meer

Nieuws

Patientendag

zondag 22 oktober 2023

Op zaterdagmiddag 18 november organiseert het Erasmus MC/ACAHA een patiëntendag voor families met kindercardiomyopathie. Locatie: Onderwijscentrum Erasmus MC. Deelname is gratis.

Lees meer

Nieuws

Mont Ventoux Challenge 2023: record 106.000 euro!

maandag 16 oktober 2023

Op 21 september 2023 was het zover de achtste editie van de Hartedroom Mont Ventoux Challenge. Het werd de grootste in aantal deelnemer sen opbrengst maar ook de allerzwaarste tot nu toe.

Lees meer

Word donateur!

  • Wilt u graag éénmalige doneren? U kunt uw gift direct overmaken op rekening NL11ABNA 0249 3333 33 t.n.v. Stichting Hartedroom
  • Wilt u ons doorlopend steunen? Automatische incasso

Stuur ook jouw verhaal in!

Hartedroom probeert op deze site zo veel mogelijk verhalen van hartkindjes met cardiomyopathie te verzamelen. Om te laten zien wat de impact is van cardiomyopathie op het leven van een kind en het leven van de ouders. Ook jouw verhaal op de site ? Mail info@hartedroom.nl